Limburgse vlaaien en Twentse wijnen: hoe een streekproduct Europese erkenning krijgt

 In Agrofood, Regionale Economie

De Limburgse vlaai heeft de status van Europees beschermd streekproduct bemachtigd. Wijnen uit Twente dingen ook mee naar het prestigieuze kwaliteitslabel. Het Huis van de Nederlandse Provincies sprak de ondernemers achter deze initiatieven. Hoe verloopt zo’n aanvraag? Waar moet je op letten?

Vlaaien in het Parlement

Het Europese Parlement stond maandag 22 januari 2024 even op zijn kop. Enkele tientallen bakkers uit Nederlands en Belgisch Limburg stonden met echte Limburgse vlaaien op de stoep.

De EU erkent sinds 22 januari 2024 de Limburgse vlaai als officieel Europees streekproduct, met bijbehorende bescherming. Alleen vlaaien die in de aan elkaar grenzende Belgische en Nederlandse provincies Limburg worden gemaakt volgens traditioneel recept, mogen zich “Limburgse vlaai” noemen. Op de verpakking van hun vlaai is voortaan een EU-kwaliteitslabel van Beschermde Geografische Aanduiding (BGA) zichtbaar. Dit moet échte Limburgse vlaaien onderscheiden van vlaaien die volgens andere receptuur worden gemaakt of in andere streken worden gebakken.

Op de feestelijke dag kwamen bakkers van beide kanten van de landsgrenzen samen om Limburgse vlaaien aan Roberta Metsola, voorzitter van het Europees Parlement, te overhandigen. Max Valstar, plaatsvervangende ambassadeur van Nederland in België, Jeroen Lenaers en Hilde Vautmans, Nederlands-Limburgse en Belgisch-Limburgse Europarlementariërs, en Elianne Demollin-Schneiders, gedeputeerde in de Nederlandse provincie Limburg, waren ook aanwezig bij de officiële erkenning.

Gedeputeerde Demollin-Schneiders, tevens bestuurder bij het Huis van de Nederlandse Provincies, is trots: ‘Als echte Limburgse vind ik deze erkenning ‘sjiek’. Het is niet alleen een bescherming van ons cultureel erfgoed, maar je ziet ook hoe de vlaai provincies en de mensen die er wonen, over landsgrenzen heen met elkaar verbindt. De vlaai vaagt grenzen weg, we zijn één Limburg.’

Beschermd streekproduct

De EU kent drie verschillende geografische aanduidingen om voedingsmiddelen en dranken te erkennen als streekproduct met specifieke kwaliteiten en/of reputaties die verband houden met het productiegebied.

  • De beschermde oorsprongsbenaming (BOB) is een label voor levensmiddelen en wijn, waarbij álle stappen van de productie, de verwerking en de bereiding plaatsvinden in het specifieke gebied. Zo hebben Brabantse Wal-asperges een BOB sinds 2016.
  • De beschermde geografische aanduiding (BGA) is een label voor streekproducten die een bepaalde kwaliteit, faam of andere eigenschap hebben die het product uniek maakt en dat hoofdzakelijk verband houdt met de geografische oorsprong. Het bereidingsproces, de faam en de bepaalde ingrediëntenkeuzes maken van een vlaai een Limburgse vlaai.
  • De geografische aanduiding van gedistilleerde dranken en aromatische wijnen (GA) is een label voor streekwijnen of -dranken streekproducten die een bepaalde kwaliteit, faam of andere eigenschap hebben dat hoofdzakelijk verband houdt met de geografische oorsprong.

Schilderijen uit de 18e eeuw

Initiatiefnemer en bakker Marcel Roubroeks was op 22 januari 2024 in Brussel. Hij was er klaar mee dat er producten werden verkocht als Limburgse vlaai, die dat niet waren in zijn ogen. Hij wist van het bestaan van het Europese keurmerk af en stapte met een aantal bakkers naar de Nederlandse provincie Limburg om te kijken wat er mogelijk was om een beschermd label voor Limburgse vlaaien te krijgen. Tegelijkertijd namen de Nederlandse bakkers contact op met hun Vlaamse collega’s. ‘We hebben de Vlaams-Limburgse bakkers opgebeld en daar zijn we mee gaan praten, of ze mee wilden doen en wat er mogelijk was. We vonden elkaar vrij snel en zo zijn we verder gegaan’, aldus Roubroeks.

Via de provincie Limburg werd er contact gelegd met de juiste mensen in Den Haag, van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). ‘Zij hebben vaker zulke aanvragen begeleid, dus zij wisten waar we aan begonnen.’ Het Vlaamse Departement Landbouw en Visserij en de Belgische tegenhanger van de RVO werden ook ingeschakeld, via de Belgische bakkersvereniging.

Om een erkenningsaanvraag in te dienen, moet er een dossier worden gemaakt van het product. Elke vlaai moest namelijk een eigen productdossier krijgen. ‘Bakkers hebben natuurlijk allemaal een eigen bakkersgeheim en recepten van honderden jaren oud. Daar moesten wij een minimaal standaardrecept voor bedenken, waar iedereen zich in kan vinden.’

Het moeilijkste onderdeel was het bewijs van “naam en faam”: dat de bekendheid of de kwaliteit van het product hoofdzakelijk toe te wijzen is aan de geografische oorsprong ervan. Met behulp van historici werd duidelijk dat de kwaliteit van de Limburgse vlaai al eeuwen terug een begrip was. ‘Zij hebben in een boek een schilderij van Pieter Bruegel gevonden, ergens uit 1700. En op dat schilderij was een groep boeren aan een tafel met een grote vlaai geschilderd.’ Er werden uiteindelijk meerdere schilderijen gevonden van de Limburgse vlaai, die ver terug gingen. ‘Daarmee was het duidelijk dat we te maken hadden met een product van naam en faam, dat honderden jaren oud is.’ Inmiddels reikt de bekendheid van de Limburgse vlaai ver buiten de regionale grenzen.

De bakkersverenigingen dienden in beide EU-lidstaten een erkenningsaanvraag in en die werd tot grote vreugde in januari 2024 goedgekeurd. Het hele proces duurde uiteindelijk zo’n 7,5 jaar. ‘Ik vind het geweldig. Dit is echte erkenning, dit is historisch wat we voor elkaar hebben gekregen.’ En zijn tip voor producenten van streekproducten die hetzelfde overwegen? ‘Een hele lange adem hebben en heel vaak tot tien tellen. En er gewoon mee door gaan. Want het heeft absolute meerwaarde!

Wijnen uit Twente

Niet alleen Limburgse bakkers gaan voor erkenning. Wijnmaker Roelof Visscher hoopt dat zijn Twentewijnen zich ook bij het lijstje mogen scharen. ‘Twente begint zich steeds meer te ontwikkelen als een volwaardig wijngebied.’ De Twentse bodem kenmerkt zich door diepe en ondiepe leemlagen en de hoeveelheid zout. De smaak van druiven is erg afhankelijk van de bodem waarop ze worden geteeld. Dit geeft wijn uit Twente zijn eigen profiel en onderscheidt de wijn, zowel binnen als buiten Nederland. Samen met enkele wijngaarden in de regio, klopte Visscher aan bij de Vereniging Nederlandse Wijn Producenten (VNWP) om het proces voor een BOB-erkenning te starten.

Visscher stelde samen met de VNWP en het ministerie van LNV een productdossier op voor Twentewijnen. Om te garanderen dat het dossier doeltreffend is, mogen alle EU-lidstaten zo’n aanvraag beoordelen. Zo had een van de lidstaten een bezwaar op de oorspronkelijke aanvraag. Daarom werd het productdossier herzien en opnieuw ingediend. ‘Het is namelijk niet niks,’ stelt Visscher. ‘In Europa worden er enorm veel wijnen gemaakt. Iedere streek, iedere provincie, ieder dorp heeft zijn eigen wijn. Dat is een afgebakend gebied dat geschikt is voor bepaalde wijnbouw.

Voor de aanvraag van Twentewijnen ging er veel aandacht uit naar het onderzoek achter de unieke, leemachtige en zoute bodem in de regio. De ontstaansgeschiedenis van de bodem, die dateert tot terug in de ijstijd, werd met behulp van wetenschappers in kaart gebracht. Daarna werd in het productdossier de koppeling gelegd tussen de bodem, het productieproces en de wijn. Dit beschrijft Visscher als het moeilijkste onderdeel van het proces. ‘In de buurt hebben we een zoutmuseum, dat heel erg veel onderzoek heeft gedaan naar de bodem hier. Daar hebben wij goed gebruik van gemaakt.’

Het BOB-label heeft een grote meerwaarde voor Visscher. ‘Het is een stukje vertrouwen richting de consument. Consumenten zien dat ook als een kwaliteitskeurmerk.‘ Vooral het feit dat het een EU-breed gedragen label betreft, is hierin erg belangrijk. ‘Het mooie van een BOB, is dat het Europees is. We hebben heel veel keurmerken die per land verschillen en allerlei eigen regels hebben. Je plakt er een sticker op en als consument moet je maar raden wat het is. Dit is iets wat Europees is, wat in alle EU-landen op dezelfde manier wordt aangevlogen. Iedereen moet via Brussel, voor je een BOB krijgt.’

Visscher hoopt dit jaar nog de officiële erkenning te krijgen. En zijn tip voor producenten die hetzelfde overwegen? ‘Werk samen, want je bereikt dit nooit alleen!

Volgt Delfts blauw?

In mei 2023 kwamen de Europese lidstaten en het Europees Parlement tot een akkoord om ook ambachtelijke en industriële streekproducten in aanmerking te laten komen voor een geografische aanduiding, zoals glas, textiel, porselein, bestek, aardewerk, koekoeksklokken, muziekinstrumenten en meubels. Het gaat om producten die traditionele methoden uit hun regio’s vertegenwoordigen. Dit zijn bijvoorbeeld Delfts blauw, tweed uit Donegal, Muranoglas of bestek uit Solingen. De wet is sinds november 2023 van kracht.

Ambachtelijke en industriële producten moeten aan drie voorwaarden voldoen om deze geografische bescherming te krijgen: het product komt uit een bepaalde plaats, streek of land; het product heeft een bepaalde kwaliteit, reputatie of uniek kenmerk dat toe te schrijven is aan de geografische oorsprong; en ten minste één stap van de productie vindt plaats in een specifiek geografisch gebied. Nederlandse producenten kunnen hun aanvraag indienen bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).

Door:

Femke Boersma, Huis van de Nederlandse Provincies

Bron:

“Limburgse vlaai” krijgt status als Europees beschermd streekproduct door kwaliteitslabel – Europese Commissie

Meer informatie:

Akkoord geografische aanduidingen voor ambachtelijke en industriële producten – Huis van de Nederlandse Provincies


Recent Posts